Vijver - zuurstofplanten
Zuurstofplanten zijn onontbeerlijk voor een gezond evenwicht in de vijver. Zuurstofplanten breken organisch afval, zoals de uitwerpselen van vissen en plantenresten, af.
Reken per duizend liter water minstens vijf bosjes zuurstofplanten, ruwweg een vijvermandje vol.
Zet losse zuurstofplanten tussen eind maart en eind juni uit, aan het begin van hun groeiperiode.
Zuurstofplanten in een mandje kunnen het hele jaar door in de vijver gezet worden.
Plant ze niet in een vijver waarvan het water al troebel is, maar laat het oude water eerst weglopen en pomp er nieuw water in.
Voorbeelden van zuurstofplanten zijn: Callitriche pallustris (sterrekroos), Ceratophyllum demersum (gedoornd hoornblad), Elodea canadensis (waterpest), Fontinales antipyretica (bronmos), Groenlandica densa (paarbladig fonteinkruid), Myriophyllum spicatum (aarvederkruid), Potamogeton lucens/Potamogeton crispus (fonteinkruid), Utricularia vulgaris (blaasjeskruid).